Afgelopen week was het alweer tijd voor mijn vijfde chemokuur. Die stomme chemo’s zijn niet meer weg te denken uit mijn leven. Uitleggen hoe een chemo voelt, is dan ook onmogelijk. Ik heb het maar het ‘chemo-gevoel’ genoemd. Het is nergens mee te vergelijken. Een normale griep voelt namelijk heel erg anders. Zelfs het misselijk zijn/het overgeven voelt anders. Het is met geen pen te beschrijven.
De dagen zijn weer moeizaam verlopen, net zoals de afgelopen vier keer. Ik heb wel het idee dat ik per kuur nog ietsje zieker word. Ik merk dat in de kleine dingen. Een extra bijwerking, een extra keertje spugen of zelfs een dag langer ziek. Dat geeft dus geen goed vooruitzicht voor de komende vier kuren. Zeker niet als er ook nog 28 of 33 bestralingen bijkomen..
Maandag werd ook mijn port-a-cath voor het eerst aangeprikt. Best wel even een dingetje, want ook dit is weer iets wat je niet kan vergelijken met een ‘normale’ prik. Het is een heel gek gevoel. Ondanks de verdovingszalf was het nog goed pijnlijk. De wond is nog niet hersteld en daar heb ik sowieso nog veel last van. Laat staan als ze daar dus in gaan prikken..
Dinsdag had ik, onderweg naar een onderzoek, wel even een geluksmomentje. Terwijl ik heel erg ziek met een kaal koppie in mijn ziekenhuisbed over de gang heen reed, zag ik in mijn ooghoek heel veel drukte. Ik wilde me eigenlijk verstoppen, want op een moment dat ik er zó slecht uitzie en zó ziek ben wil ik eigenlijk niemand zien. Ik schaam mezelf te erg dan. Stiekem was ik toch wel nieuwsgierig wat er aan de hand was, dus keek ik de drukte in. Middenin die drukte zag ik Nicolette van Dam staan. En ja, ze zag mij ook en liep direct op mij af. Je valt toch op in zo’n groot bed ;)
Ondanks dat ik zo ziek ben en eigenlijk niet goed kan praten (dat kost al teveel energie) had ik een mooi gesprek met haar. Een lichtpuntje in deze donkere tijd ✨
Woensdag, na een aantal controles, kreeg ik het goede nieuws te horen dat ik sterk genoeg was om naar huis te gaan. Zo voelt het totaal niet, maar dit laat ik me natuurlijk geen twee keer zeggen. Ook al voel ik me enorm ziek, zwak en misselijk.
Onderweg naar de parkeergarage realiseer ik me dat ik hier de komende 6 weken niet ga komen. Volgende week starten namelijk mijn bestralingen in Groningen en neemt het UMCG even volledig mijn zorgen over. Hier moet ik niet teveel aan denken, want ik voel de tranen alweer achter mijn ogen branden. Het Prinses Máxima Centrum ‘loslaten’ voor 6 weken is een grotere stap dan dat ik van te voren had gedacht. De woorden die mijn verpleegkundig specialist uitsprak bij mijn ontslag, herhaal ik in mijn achterhoofd. Dit geeft mij heel erg veel kracht en heeft het makkelijker gemaakt om weg te rijden bij het Prinses Máxima Centrum.
‘Zet hem op de komende weken, lieve Jade. Hopelijk krijg je niet teveel bijwerkingen. Ik denk aan je en als er wat is: weet dat je mij altijd mag appen of bellen. Ik sta voor je klaar. Houd vol topper!'